Waar vele Nederlanders afgelopen zomer in het vliegtuig zijn gestapt om naar de zonnige bestemmingen van deze aardbol te reizen, heb ik de nobele taak op mij genomen om aan het einde van een werkdag mijn flightsimulator in te duiken en mij in de virtuele cockpit van de Boeing 737-800 te begeven. Ik heb me het gebruik van de diverse systemen van het vliegtuig eigen gemaakt om de passagiers (meestal veilig) naar hun bestemming te brengen.
Waarom is dat vet?
- omdat Microsoft Flight Simulator 2020 de laatste stap is vóór het daadwerkelijk opereren van een echt vliegtuig. Maar dat is vrij kostbaar. Om je een idee te geven, een proefles in een Piper Warrior kost je een kleine € 200,- met wisselgeld. Je vliegbrevet, pakweg € 14000,-. Wil je echt on top of the world staan en een carrière als airliner pilot ambiëren, zorg dan dat je € 80.000 op je rekening hebt staan, want dat zul je ongeveer kwijt zijn voor de opleiding. Dat heeft mijn droom helaas lekgeprikt. Dus MSFS is de next best thing.
- en het is de voornaamste bron van inspiratie. Na een dag van gebruikers ervaringen creëren en ontwikkelen als developer, geeft het mij ontzettend veel voldoening om zelf de gebruiker te zijn van interfaces, controls en procedures. Want ja, ik ga voor de uitdaging om mijn ervaring in de simulator zo realistisch mogelijk te maken. Dat houdt in het nauwkeurig volgen van checklists, vluchtplannen instellen op basis van actuele weer- en luchtverkeer omstandigheden, en benodigde brandstof berekenen aan de hand van de lading aan boord. Want op 35000 voet zonder brandstof komen te zitten kan zeer vervelende gevolgen hebben tijdens vlucht van 3 uur, als is die dan virtueel (been there).